De flinterdunne lijn tussen succes en falen

De man met de versleten sloffen. Deze week zag ik hem weer door Delft lopen. Hij doet me altijd denken aan mijn periode in Leiden. Acht jaar woonde ik er, aan een gracht met uitzicht op statige panden uit de Gouden Eeuw. Het bushokje naast de brug was een dissonant. Elke dag, bij het invallen van de schemering, zochten twee zwervers er hun onderkomen. De een met baard, de ander met een ziekenfondsbril. Omringd door blikjes goedkope bier zaten ze dicht tegen elkaar aan. Ze vlooiden elkaar – althans zo noemde ik het. Aaien, plukken en strelen – om het bestaan van de ander te erkennen?

In de daklozenkrant vertelde de man met de bril zijn levensgeschiedenis. In staccato: baan verloren, aan de drank, echtscheiding, geldproblemen, huis uitgezet. In twee jaar tijd van succes naar mislukking. Het waren zijn woorden. Ik las de melancholie in zijn stem.

Twee weken later zag ik twee broeders een laken over zijn lichaam leggen. Het geschreeuw van zijn vriend was in het hele centrum te horen. Klanken die door merg en been gingen. Pure wanhoop, de woorden allang voorbij. Ik stond aan de grond genageld. En hij mocht niet mee met de ziekenwagen. Huilend bleef hij achter, met zijn knieën op de grond. Niemand die hem aansprak. Ook ik niet. Ook ik niet.

Ik heb hem nog eenmaal gezien, slapend in een portiek. Aan de verkeerde kant van de streep. Ook gescheiden, baan verloren, aan de drank en het huis uitgezet? De lijn tussen succes en mislukking is zo verschrikkelijk flinterdun.

 

8 april 2012

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *